Biodiversiteit
Grote sternen leven van sprot, haring en zandspiering, die vaak in scholen voorkomen aan de rand van zandbanken. Ze vangen deze vissen door boven het water te bidden (klapwieken zonder vooruit te komen). Als ze een prooi in beeld krijgen, storten ze zich van grote hoogte naar beneden.
De grote stern broedt langs de West-Europese kusten en aan de Middellandse en Zwarte Zee. Ook in Noord- en Midden-Amerika komen grote sternen voor. Bij ons telt men in sommige jaren meer dan 4 000 broedparen in de voorhaven van Zeebrugge, goed voor meer dan 7% van de biogeografische populatie.
Net als andere soorten sternen en meeuwen broeden ze in kolonies. Het nest stelt niet veel voor: het is vaak niet meer dan een ondiep kuiltje. De nesten liggen vaak heel dicht bij elkaar. Om veilig te broeden vestigen ze zich op plaatsen waar landroofdieren ontbreken, zoals kleine eilanden. De grote stern is een trekvogel die in Afrika overwintert.
|